(688891) Ivens,Fred - Luteijn,Frits
Wageningen - van Stigt Thans, 21-01-2017


1.31-26 18-22?! Deze zet speel ik regelmatig om de witte bedoelingen in deze opening een beetje te ontregelen. Na 18-23 of 19-23 gaat het allemaal vanzelf voor wit. Het is niet goed voor wit. Maar verliezen doet hij zelden. Doordat wit na 18-22 de voorzet heeft, moet hij steeds als eerste een belangrijke beslissing nemen. 2.33-29
[ Meestal gaat het verder met 2.36-31 12-18 3.41-36 7-12 4.46-41 1-7 5.34-29 19-23 6.32-28 23x32 7.37x28 14-19 8.40-34 10-14 9.45-40 5-10 10.50-45 19-23 11.28x19 14x23 12.35-30 10-14 13.31-27 22x31 14.26x37 14-19 15.30-24 19x30 16.34x14 9x20 17.40-35 23x34 18.39x30 en er ontstaat een flankspelpositie. waarvan Alexei Chizhov een liefhebber is met wit. Tijdens de toptraining bleek echter dat ook zwart kansen heeft, als hij onvervaard in de aanval gaat. De binding van 15,20 resp. 35,30 maakt sommige mensen zenuwachtig. Daar is geen reden voor. De eerste die beweegt d.w.z. op 25 speelt verliest tempi en komt in het nadeel. Ondertussen heeft zwart spel op de korte vleugel. ]
2...20-25
[ Een mogelijkheid is 2...22-27 3.32x21 16x27
A) 4.37-32 11-16 5.32x21 16x27 6.41-37 27-31 7.36x27 19-23 8.29x18 13x31 met randschijvenspel. De stand kan ook voorkomen met gewisselde kleuren. Echter dan moet schijf 20 vanwege het tempo naar de rand.
B) Nogal ontregelend werkt net zoals in de partij 4.37-31! en zwart heeft diverse zetten. Het schema 12-18!? (4...17-22) 5.31x22 18x27 6.41-37 27-31 7.36x27 19-23 8.29x18 13x31 is in vergelijking met de A-variant aanmerkelijk minder voor zwart. ]
[ Een bekend schema is ook 2...19-24 3.39-33 22-27 4.32x21 16x27 en veel witspelers besluiten op enig moment tot de ruil 38-32x32. ]
3.29-24!? Een terecht zeer weinig gespeelde voortzetting.
[ De normale voortzetting is 3.39-33 12-18 4.44-39 7-12 5.50-44 1-7 6.35-30 19-23 7.32-28 (7.30-24) 7...23x32 8.37x28 16-21 (8...13-19) 9.41-37 21-27 10.28-23 (10.46-41) 10...27-31 11.36x27 22x31 met de Keller met gewisselde kleuren. ]
[ Enkele grappenmakers hebben 3.29-23!? 19x28 4.32x23 gespeeld. Zwart kan met 14-19 5.23x14 10x19 vier tempi in de knip stoppen. ]
3...19x30 4.35x24 14-20?! Deze zet speel ik tegenwoordig bij elke vergelijkbare gelegenheid. Het werkt enorm ontregelend op het spel van de tegenstander. 5.39-33!? Dit creeert een reusachtig gat in het witte centrum.
[ De enige redelijke voortzetting is 5.34-29 via zettenwisseling is het twee dozijn maal op het bord geweest. De meeste zwartspelers gaan op de ingeslagen weg verder via 16-21?! en niemand weet hoe het verder moet. Het houdt de witspeler van de straat. ]
5...20x29 6.33x24 10-14 7.24-20 15x24 8.32-28 22x33 9.38x20 12-18 De witte positie is niets. Schijf 20 dreigt voorgoed buitenspel te staan. Schijf 26 is niet bijzonder actief. De formatie 45,40,34 is volkomen nutteloos en er zit een enorm gat in het witte centrum.
[ Te overwegen valt 9...16-21 10.37-32 ( Beide spelers keken naar 10.36-31) 10...21-27 11.32x21 11-16 ]
10.37-32 7-12 11.41-37 1-7 12.37-31 18-22! Wit probeert iets langs de rand. Als zwart probeert van het stuk op 26 te profiteren, dan verwatert diens voordeel snel. Met voor de tweede maal 18-22 wordt het witte stuk op 26 in zijn hemd gezet en komt het centrum beschikbaar voor zwart. 13.44-39 22-27 14.32x21
[ Sommige witspelers slaan in dit soort standen 14.31x22 17x37 15.42x31 Dat wint tempi. Hier heeft zwart het hinderlijke 16-21 16.26x17 12x21 met de binding van 36 en 31 tegenover zwart 21. ]
14...16x27 15.31x22 17x28 16.20-15 11-17 17.34-30? Na de partij vertelde mijn tegenstander mij, dat hij eerst wat tempi wilde maken op de korte vleugel om de rest van zijn stand mooi te houden. Dat is gene best plan. Elke zet aan de korte vleugel is een 'tempi for nothing' zolang er een wit stuk staat op 15. Het zeer onwaarschijnlijk, dat de witte omsingeling kansrijk is. Echter als hij het was, dan zou het wel verder moeten gaan met 46-41-37 en druk tegen schijf 28. 25x34 18.40x29 7-11 19.45-40 17-21 Zwart zet de aanval in tegen de vijandelijke lange vleugel zonder zich te bekommeren om de ontwikkeling van de eigen lange vleugel. Als het goed is, komt daar allemaal wit materiaal omhoog om vast te lopen op de ijzeren verdediging van zwart. 20.26x17 11x22 21.43-38
[ Meer in de lijn van het spel ligt 21.49-44 6-11 22.39-33 28x39 23.44x33 Want het spel is aan de andere vleugel. Wie daar wint, is in het voordeel. Tempi zijn belangrijk. Schijf 28 is een lastpost. Het bezwaar van dit soort afruilen is, dat zwart vrijheid krijgt op de korte vleugel. ]
21...12-17 22.38-33 Pas twintig zetten later schakelt wit over op de verdediging. Hij zou ook hier er al mee kunnen beginnen.
[ Ik hield rekening met 22.38-32 28x37 23.42x31 6-11 etc. Wit heeftd an tempi en de gelegenheid zoveel mogelijk materiaal naar de lange vleugel te brengen. Meer dan remise kun je er niet van verwachten. ]
22...6-11 23.40-34
[ Een lastige zet was 23.36-31 geweest. Dat verhindert de opbouw (met 13-18) uit de partij. Na 17-21 24.31-26 moet zwart een verplichtende zet spelen. Bv 21-27 geeft een ontzettend dun centrum. ]
23...13-18 24.46-41 9-13
[ Met 24...11-16 kan zwart het opkomen van schijf 41 voorkomen. Echter na 25.36-31 ontstaat er weer een dun en statisch centrum. ]
25.50-44 8-12 26.41-37 17-21 27.44-40 11-16 Het ontwikkelen van de zwarte lange vleugel heeft geen prioriteit. Dat komt vanzelf in orde als wit materiaal materiaal omhoog speelt langs de korte vleugel. Elke zwarte zet op de eigen korte vleugel daarentegen is nuttig.
[ In aanmerking komt 27...14-19 28.42-38 19-23 en er zit niets in voor wit.
A) Na bv 29.38-32 11-16 heeft zwart controle.
B) Een afwikkeling als 29.47-41 21-26 (29...11-17) 30.34-30 23x32 31.40-35 28x39 32.37x19 is moeilijk in te schatten. ]
28.42-38 21-26
[ In aanmerking komt 28...21-27 en het gaat om de vraag wat het resultaat is van 29.48-43 27-32 30.38x27 22x42 31.33x22 18x27 32.47x38 De witte lange vleugel is wat kaal. Maar volgens mij niet echt in nood. ]
29.48-43 Het spelen van de kroonschijf wordt door Gantwarg niet aanbevolen, tenzij er een duidelijk doel mee is gediend. Als je niet van plan bent de aanval in te zetten over veld 32, dan is het een nutteloze zet, die veel andere mogelijkheden voorgoed onmogelijk maakt.
[ De witte stand knapt m.i. behoorlijk op van 29.36-31 16-21 30.37-32 26x37 (30...28x37 31.31x42) 31.32x41 en het aanknopingspunt 36 is van het bord. ]
29...16-21 30.34-30 5-10 Gespeeld om wat beslissingen uit te lokken op de witte korte vleugel. De ontwikkeling van schijf 5 is niet echt noodzakelijk.
[ Een idee is 30...14-19!?
A) en ik maakte mij vooral zorgen over de gevolgen van 31.29-23 18x29 32.33x24 en de kracht is uit het zwarte centrum. Zetjes met damgeven naar 48 komen in de stand.
B) Je moet natuurlijk 31.38-32 19-23 32.40-34 ( Een idee is 32.29-24 2-7!? 33.40-35 7-11? 34.15-10 5x14 35.39-34 28x48 36.24-19 13x24 37.30x6 48x25 38.49-43 25x31 39.36x16) 32...2-7 etc. checken. Als zwart tot 7-11-16 komt, dan is alles in orde. ]
31.40-34
[ Verschrikkelijk is 31.30-24? 26-31! 32.37x19 14x45 ]
[ Een optie is 31.40-35 2-7!? 32.38-32 13-19 33.32x23 19x28 34.29-23 18x38 35.43x23 ]
31...2-7 32.38-32 Wit moet een lastige beslissing nemen.
[ Na 32.30-25 7-11 ( Ik meende, dat zwart is als 32...14-19 zou moeten spelen. Dat vereist vanzelfsprekend een hoop controles op zetjes.) 33.34-30 11-16 34.30-24 heeft zwart niet het goede tempo. De afwikkeling 26-31 ( Wit wint na 34...3-9? 35.47-41! en de afwikkeling 26-31 36.37x19 14x34 37.39x30 28x48 38.36-31 48x26 39.41-37 26x20 40.25x3 is zelfmoord.) 35.37x19 14x34 36.39x30 28x48 37.49-44 48-26 38.47-42 26x48 39.44-39 48x34 40.30x39 18-23 is een fractie beter voor zwart. Maar het wint natuurlijk niet. ]
32...13-19
[ Na 32...21-27 33.32x21 26x17 heeft wit 34.43-38 ( of 34.47-42) ]
33.32x23 19x28 34.43-38 21-27 De enige redelijke zet. Hij geeft wit helaas tal van verdedigingen.
[ 34...14-19 35.30-24 19x30 36.34x25 ]
[ 34...3-9 35.38-32 21-27 36.32x21 26x17 37.30-25 ]
35.37-31
[ Het belangrijkste alternatief is 35.38-32 27x38 36.33x42 12-17 ( Beide spelers meenden, dat 36...22-27 lastig is voor wit, omdat dan de ruil 39-33x43 langdurig verhinderd is.) 37.39-33 28x39 38.34x43 en zwart moet maar zien dat hij verder komt. ]
35...26x37 36.38-32 27x38 37.33x31 12-17
[ Beide spelers hebben gekeken naar 37...28-32 en werden er niet echt enthousiast van. ]
38.39-33 28x39 39.34x43 17-21
[ Een bezwaar van direct 39...14-19 is 40.31-27 22x31 41.36x27 en er zitten wat gaten in de zwarte stand. De computer komt met 3-8-12. ]
40.47-42 7-12 Gespeeld na een flinke denkpauze.
[ Wit heeft de waterlinie na 40...22-28 41.42-37 18-22 (41...21-26) 42.43-38 21-27 Er zijn diverse kenmerkende wendingen mogelijk. Ik dacht in de partij, dat het niet helemaal klopte voor wit. Het schijnoffer 43.29-23 ( Speelbaar is 43.49-43 28-33 44.29-23 33x42 45.37x48) 43...28x19 44.37-32 19-24 45.30x19 14x23 46.32x21 22-28 is volgens de computer zeer goed voor zwart. ]
[ Een moeilijk te berekenen mogelijkheid is 40...14-19! ]
41.43-38 21-26?
[ Beide spelers hebben 41...22-28 overzien. Volgens de computer moet schijf 29 wijken via 42.29-24 ( Heel slecht is 42.42-37 28-33 43.30-24 33x42 44.37x48 21-26 45.31-27 26-31 46.27-21 31-37; Ook na 42.31-26 21-27 43.49-43 18-22 werkt de waterlinie matig.) 42...18-22 43.30-25 21-27 44.42-37 12-18 en het zwarte centrum heeft geen last van de kenmerkende waterlinie schijnoffers. ]
[ Fred maakte zich zorgen over 41...12-17 Ik heb wat gezien, maar kon het niet meer terugvinden. De computer komt met 42.38-32 21-26 43.31-27 22x31 44.36x27 17-22 45.29-23 en wit heeft groot voordeel. ]
42.31-27 22x31 43.36x27 14-19 Dit was bedoeld als voorbereiding tot de aanval 12-17-22. Evenwel wit is mij voor: 44.29-24* 19-23 45.27-22 18x27 46.38-32 27x47 47.30-25 47x20 48.25x5 23-29
1-1 (0.35/1.00)